Dit lijkt in de huidige tijd een opmerkelijke uitkomst. Tegenwoordig overheerst de opvatting van Arminius, dat de mens uiteindelijk vrij is te kiezen, dus een zekere mate van vrije wil moet hebben. Dit maakt de mens ook meteen verantwoordelijk voor de gevolgen van zijn keuzen en van zijn handelen.
Arminius ging ervan uit dat de mens vrije keuzes kan maken. Gomarus dat het leven van de mens al vanaf de geboorte gedetermineerd is.
Deze verschillende opvattingen bestaan nog steeds bij verschillende culturen, met vaak merkbare consequenties. Neem bijvoorbeeld het verkeer: Een aanhanger van Arminius verplaatst zich in een voertuig met werkende remmen en verlichting. Hij zal daarbij defensief rijden om zijn overlevingskansen te vergroten. Een determinist naar Gomarus, heeft dat allemaal niet nodig. Als zijn tijd is gekomen kun je daar toch niets tegen doen. In India overheerst nog steeds dit standpunt, wat meteen merkbaar is aan het heersende verkeersbeeld en de uitgebrande autowrakken die je zo hier en daar in de bomen ziet hangen.
In de filosofie is het thema vrije wil altijd een hot issue geweest. De filosofen zijn het er niet over eens in hoeverre onze wil uitsluitend door externe factoren bepaald wordt en in hoeverre we zelf onze wil kunnen bepalen.
De externe factor is zeker belangrijk. We willen dingen hebben die we bij anderen zien of die door reclame boodschappen aan ons opgedrongen worden. De mens heeft daarbij sterk de neiging om kuddegedrag te vertonen. Mensen willen wat anderen willen of willen wat anderen willen dat ze willen.
Mensen worden sterk beïnvloed door de groep, waarmee ze zichzelf identificeren. Ze hebben daardoor meer vertrouwen in de leugens die binnen de groep worden verspreid, dan door feiten die algemeen aanvaard worden.
De mate waarin dit kuddegedrag optreedt is echter niet bij iedereen even sterk. Sommige mensen zijn autonomer dan anderen. Wat hiervoor precies de oorzaak is en in hoeverre je je eigen mate van autonomie zelf kunt of wil bepalen weet ik niet.
Naast externe factoren wordt onze wil door erfelijke factoren, door kennis van zaken en door eigen ervaringen bepaald.
Erfelijke factoren zijn in miljoenen jaren ontwikkeld, doordat mensen met de juiste balans tussen nieuwsgierigheid en voorzichtigheid, de beste kans op voortplanting hadden.
Eigen ervaring kan ook een belangrijke factor zijn. Met de ervaring van wat we in ons leven allemaal al voor overbodige troep gekocht hebben zal de wil om dingen te kopen, die we niet echt (of echt niet) nodig hebben, afnemen. We worden hierbij nog steeds door externe factoren beïnvloed, maar vragen ons daarbij wel steeds vaker af of we dit wel moeten willen. Kinderen, zonder deze ervaring, willen gewoon alles wat ze zien.
Bij de marketeers is het goed bekend dat de wil van mensen voor een groot deel extern bepaald wordt. Marketeers proberen ons ervan te overtuigen dat het voor ons goed zou zijn om gerichte reclameboodschappen te ontvangen. Dit is zeker goed voor de marketeers, maar zeker niet goed voor ons als potentiele slachtoffers. De constante stroom met reclameboodschappen over maandverband, vaginale schimmelpillen en waspoeder, zijn daarbij vergeleken, onschuldig.
De marketeers willen bepalen welke auto je moet kopen, door je te hersenspoelen met gerichte advertenties zodat je er zelf ook van overtuigd raakt dat je deze auto wil.
De macht volgens ons democratische bestel is gebaseerd op de wil van het volk, maar wie bepaald wat het volk wil, als deze door externe factoren bepaald wordt?
Dat er in het algemeen van wordt uitgegaan dat de kiezer een vrije wil heeft is best naïef. Deze wil is gemakkelijk te manipuleren. Verder is het niet zo gemakkelijk voor de kiezer om precies te weten wat hij zou moeten willen omdat veel mensen niet goed weten waarover het gaat.
Populisten weten precies wat ze moeten beloven, zodat mensen op ze stemmen. Ze weten ook precies wat ze zelf willen. Ze weten ook precies dat wat ze beloven niet realistisch is.
Als zo'n vertegenwoordiger van een vrij-bier partij aan de macht komt, kan hij alleen nog maar zijn eigen belangen behartigen, meestal ten koste van het belang van de burgers. Dit soort volksvertegenwoordigers moet je dus niet willen.
Ook de media beschikt over een grote macht om mensen te beïnvloeden. In landen met een dictatoriaal bewind, wordt deze zonder uitzondering volledig door de overheid gecontroleerd.
In andere landen wordt de media door private instanties gecontroleerd, hetgeen niet altijd beter is.
Onafhankelijke journalistiek, die niet altijd precies weten waarover het gaat en daarbij vooral gericht zijn om te scoren, voorzien ons van een overvloed aan eenzijdige en niet relevante informatie.
Dat veel mensen de media wantrouwen is niet geheel ten onterechte.
Om vrij te kunnen zijn, moet je vooral autonoom durven te zijn en je altijd goed te beseffen waardoor je wilt wat je wil.
Om een vrij(ere) wil te hebben moet je
Een tactiek is om reclames goed te onthouden en zoveel mogelijk voor producten te kiezen waarvoor geen reclame wordt gemaakt. Als ik dat doe, zal het niet zoveel effect hebben, maar als iedereen dat zou doen zou het wel helpen. Je moet hierbij altijd bedenken wie uiteindelijk voor de reclameboodschap betaald.
Weten waarvoor je kunt kiezen is ook belangrijk om je wil te bepalen. Bij het kiezen van je vertegenwoordiging bij verkiezingen, moet je niet alleen kijken wat de kandidaten voor geweldige plannen hebben, maar ook of die plannen realistisch zijn en welke negatieve consequenties deze plannen zullen hebben. De vrij-bier partij is leuk, maar daar zal niemand wat mee opschieten.
De mens kan niet willen wat hij wil, maar is wel verantwoordelijk voor wat hij doet met deze wil.
JM 2024